3+ / 6+ ? Vos en Haas, ze zijn niet meer weg te denken uit het aanbod voor beginnende lezers. In Het dikke boek van Vos en Haas zijn de verhalen uit Vos en Haas (1998), Tot kijk, Vos en Haas (1999), en Vos en Haas op het eiland (2000) verzameld. Vos en Haas en de dief van Iek (2005), dit jaar nog bekroond met een Zilveren Griffel, is voor de derde maal herdrukt. De veelbekroonde verhalen van Sylvia vanden Heede en Thé Tjong Khing worden zo geprezen omdat de verhalen met de vorderingen van het eerste lezertje meegroeien, van AVI 1-niveau aan het begin van het boek tot AVI 4 of 5 op het einde. Maar de twee recentste uitgaven voor Vos en Haas gaan de lezers nu in de andere richting tegemoet: ze zijn uitgegeven als groot-formaat kartonboeken voor kleuters: Vos en Haas op zoek naar koek en Een buur voor Vos en Haas. Anders dan in de andere Vos en Haas-uitgaven, waar je het verhaal ook van tekening naar tekening kon lezen, tekende Thé Tjong Khing hier veelal globale situatietaferelen die…
Lees verder
3+ / 6+ ? Vos en Haas, ze zijn niet meer weg te denken uit het aanbod voor beginnende lezers. In Het dikke boek van Vos en Haas zijn de verhalen uit Vos en Haas (1998), Tot kijk, Vos en Haas (1999), en Vos en Haas op het eiland (2000) verzameld. Vos en Haas en de dief van Iek (2005), dit jaar nog bekroond met een Zilveren Griffel, is voor de derde maal herdrukt. De veelbekroonde verhalen van Sylvia vanden Heede en Thé Tjong Khing worden zo geprezen omdat de verhalen met de vorderingen van het eerste lezertje meegroeien, van AVI 1-niveau aan het begin van het boek tot AVI 4 of 5 op het einde. Maar de twee recentste uitgaven voor Vos en Haas gaan de lezers nu in de andere richting tegemoet: ze zijn uitgegeven als groot-formaat kartonboeken voor kleuters: Vos en Haas op zoek naar koek en Een buur voor Vos en Haas. Anders dan in de andere Vos en Haas-uitgaven, waar je het verhaal ook van tekening naar tekening kon lezen, tekende Thé Tjong Khing hier veelal globale situatietaferelen die over een dubbele bladzijde lopen. Het zijn soms echte zoekplaten die, net als de tekst, bol staan van woord- en denkspelletjes. De tekst blijft, zoals je mag verwachten, op het eenvoudigste niveau, met een maximum van vier à vijf regeltjes per plaat.
Dat de 'Vos en Haas'-verhalen als prentenboek verschijnen, ligt wel in de lijn van de verwachtingen. Het leren lezen begint immers lang voor het kind de woordjes gaat decoderen, voorlezen en vertellen zijn een eerste stap in het leren omgaan met taal en met verhalen. Vos en Haas laten zich trouwens zeer prettig voorlezen; de leestechnische ingrepen voor het eerste lezen ? ook in deze prentenboeken zijn verschillende letterkorpsen gebruikt om klemtonen en intonaties te markeren ? vormen nooit een beperking, integendeel, en de verhalen hebben pit.
De kwaliteit van Thé Tjong Khings Vos en Haas-prenten zit vooral in het detail, in het onnadrukkelijk aanbrengen van gemoedsbewegingen en nuance, in de lichte schakeringen in toon en kleur. Ze overweldigen niet meteen, maar ze overtuigen naarmate je beter toekijkt, ze bekoren vooral op het tweede gezicht. Dat brengt mee dat, wanneer Thé Tjong Khing niet op topniveau presteert, je dat meteen ziet. De kwaliteit van de illustraties in de kartonboeken stelt wat teleur; de personages zien er vlakker en statischer uit, de tekeningen missen zorgvuldigheid in de uitwerking. Geen enkele prent heeft bv. de impact van de bladvullende platen uit Vos en Haas op het eiland. Die waar Haas tevergeefs naar een schelpje in het zand zoekt bv. is indrukwekkend in zijn eenvoud, schitterend van kleuren en erg sterk van atmosfeer. Of die waar Vos en Haas nietig en vol ontzag naar de eindeloze sterrenhemel kijken, vind ik onovertroffen. [Jen de Groeve]
Verberg tekst